Die dag brachten we ook een bezoek
aan het Generalaat
van de Witte Zusters. We vonden wêl dat er een verschil was tussen die 2 huizen..Het gebouw van de Zusters Missionarissen was de eenvoud zelve. Wat zou de kardinaal gedaan
hebben als hij nu geleefd zou hebben?
Wat bezielt nieuwe leden van onze sociëteit en congregatie.? Hoe zou ik vandaag reageren
op een uitnodiging Witte Pater te worden. ?
De jubileum vieringen in Tanzania op het ogenblik. Wat hebben we
eigenlijk gedaan? Het geloof gebracht?
De kerk gesticht? Dezelfde vragen, die naar
voren kwamen in de documentaire die de Ikon maakte over het ontruimen en de
verhuizing van de bewoners van Sparrendaal in Vught. Wat hebben we gedaan? Vroeg die missionaris
zich af op zijn sterfbed.. Hij zei op dat moment dat hij niet veel hoop had
voor de toekomst van de Congo. Wij hebben hen corruptie geleerd, zei hij. Waar
of niet / De discussie over
ontwikkelingshulp waar dan zogenaamd de verkeerde groep mee geholpen zou zijn.
Hier schijnt men de richting en het doel van de hulpverleners, de motieven in
twijfel te trekken. De kardinaal leefde in een
tijd van grote koloniale uitbreiding in Afrika ook de slavenhandel maar
eigenlijk alle handel want de koloniale expansie was vanwege de handel. De kardinaal vond dat die expansie niet mocht plaatsvinden
zonder ook de christelijke waarden en normen te verspreiden; slavenhandel kon
je alleen bestrijden door een mentaliteits verandering, dus christelijke normen
en waarden te verspreiden bij de bevolking die aan de bron stonden van de
slavernij. De verkopers. De kardinaal werd
gestimuleerd door de hongersnood in Algerije en eiste voor zichzelf het recht
op aan de zijde te staan van de slachtoffers van de hongersnood en zoveel
mogelijk de nood te lenigen. Het was ongetwijfeld gericht
op bekering van de inwoners. Ontstaan van de sociëteit en de
congregatie. Van bekering naar
samenleven er midden in staan en naastenliefde en respect uitstralen door leven.
Leven in communiteit. Centraal Afrika:
bekering tot christendom en de kerk
planten als tegenwicht tegen de handelsverdragen(?) . Onze constituties: Getuigen te zijn van het koninkrijk en het
Goede Nieuws delen met hen die het willen horen. Solidariteit met de mensen met wie we leven. Dialoog met
andere religies en culturen. Model is de menswording van Jezus. Het laat zien
dat God zelf mensen respecteert en dat
hij begaan is met hun ontwikkeling als individuen en als gemeenschappen. Mee-
lijden en mee leven dwingt ons vooral met de armen begaan te zijn. Het is de zending van de Kerk en wij maken
daar deel van uit. Witte Zusters: Moeder Marie
Salome herinnerde de Kardinaal aan de kern van
de missionaris roeping: Getuigenis afleggen van God’s Liefde voor de alle
mensen, ook muslims. Nieuwe visie van de “evangelisatie” Voor mijzelf: Ik wilde mensen helpen. Dokter worden. Geen
geld. Dus priester en ten slotte seminarie.
Motief: mensen helpen. Door het
geloof te verspreiden? De mensen wilden
wel christen worden en de instructies gaf ik altijd met veel enthousiasme en
veel plezier. Ook christelijke waarden:
respect en naastenliefde werden uitgedragen.
Communiteits leven. Vonden we toen niet zo belangrijk het werk kwam eerst en
als een confrater in de weg stond moest hij maar overgeplaatst worden. Missionarissen, die hier
komen, staan met lege handen. Volgens Kees Maas provinciaal van de SVD.
“Belangrijk is dan dat ze leven in een communiteit, in een leefgroep, waar ze
zich thuis voelen. Dat er mensen zijn. Die met hen op zoek gaan naar een
zinvolle invulling van hun missionaire zending.” Of moeten we zeggen:
“Missionarissen staan met lege handen.” Niet alleen degene, die hier komen,
terug uit hun missiegebied. |
In de jaren zestig op een seminar in Tanzania
over het 2de Vaticaans concilie, hoorde ik een Mary Knoll zuster
zeggen: wat valt er dan nog te verkondigen, als zonder doopsel geen heil en
andere aanspraken op exclusiviteit wegvallen. Vandaag : Zou ik weer Witte
Pater worden om “mensen te helpen” in Afrika? Of zou ik het op een andere
manier doen.? De kerk steunen, verspreiden?
Of zou het nu anders moeten? Zonder te oordelen over wat we gedaan hebben.
Dat is een gigantisch werk geweest en de velen die ons werk overgenomen hebben
zijn er getuigen van, maar toch anders dan hoe? Vrijwilligers hebben
tijdelijke contracten en ons engagement was een blijvend engagement en er was
continuïteit in zekere zin met onze voorgangers. We leefden er ook, misschien
niet helemaal zoals de bewoners zelf, maar toch eenvoudig en vooral in
communiteit. Voor mij is het belang van
“communiteit” pas laat tot bloei gekomen. Noorse vrijwilligers. Vele dopen en huwelijken en allerlei andere
pastorale activiteiten later. In onzekere tijden werd het
duidelijker, als pastorale activiteiten onmogelijk werden door omstandigheden,
oorlogen en opstanden en vluchtelingen. “Er zijn” werd belangrijker dan het
doen. Een steun voor de mensen op
allerlei manieren, ook als materiele steun onmogelijk werd. Toch blijven.
Missionaris in de tijd van Idi Amin in Uganda; hij meende de verschrikkelijke
dingen die gebeurden aan de kaak te moeten stellen in de voorbeden van de
Eucharistieviering, maar de gelovigen vroegen hem dit niet te doen. Zij wisten
best wel wat er plaatsvond, maar ze vonden de aanwezigheid van de missionaris
te belangrijk, om die in de waagschaal te stellen. “Er zijn”werd veel
belangrijker dan “doen”. De communiteit werd toen belangrijker
ook als teken naar de anderen toe. De communiteit werd prioriteit en blijkt
meer effect te hebben in de zin van christelijke normen en waarden bekend maken
dan preken en andere pastorale praktijken. Uit een artikel van Gotthard
Roesner in de Petit Echo”: Hij komt met
een nieuwe term om het charisma van de missionaris aan te geven: “Ontmoeting”. Hij zegt
wat het niet is: Niet onderwijzen en bekeren. Niet de waarheid brengen.
Niet alles weten en anderen daarvan op
de hoogte brengen. Het is niet
ontwikkeling opdringen. Niet het
bouwen van klinieken en scholen en kerken. Het betekent: dicht bij mensen
staan, naar hen luisteren met hen meegaan. Gebaseerd op vertrouwen en respect.
Anderen in hun anders-zijn accepteren. De waardigheid van de ander zien. Delen
in het lijden en de armoede. Open staan’. Eigenlijk zegt hij dat alles wat ik
in het verleden belangrijk vond er nu niet meer toe doet. Missionaris zijn in de
contemplatieve zin, altijd met de
Schepper in gedachte. Ik ben nu op een leeftijd
dat mensen voor me opstaan in de bus en ik ben er ook meestal heel blij mee. Ik
probeer het dan ook te laten blijken, dat ik er erg blij mee ben. Is dat de
reikwijdte van mijn missionairs zijn?. Ik ben bang van wel. Gelukkig leef ik
ook in een communiteit en die is nu wel heel belangrijk voor me en ik probeer
ook dit te laten blijken, dat ik er blij mee ben. Die vreugde laten zien mezelf bewust van mijn
plaats in het geheel zou dat dan de vervulling zijn van mijn missionaris
roeping? In ieder als het missionaris
zijn voornamelijk bestaat in het leven naar anderen toe, en in communiteit en
als zodanig aanwezig zijn dan sta ik
niet met lege handen. Gebed van bisschop John J.
Walsh: ” God, laat ons profeten zijn
die het koninkrijk van God verkondigen in alle dingen. Laat ons mystieken zijn die ervaring hebben
met het “een-zijn” met God, met de hele mensheid en met de hele schepping. Missie betekent niet
“ergens” naar toe gaan, “iemand” van dienst zijn, “iets” tot stand brengen. Missie betekent:staan
aan het middelpunt van wat zin geeft aan tijd en geschiedenis en vanwege onze beperkte omgeving kunnen we het meeste tot stand
brengen in onze communiteiten. Misschien
hebben we in het verleden onze actie-radius wel overdreven. Hadden we toen wel zoveel invloed? Over een
groot gebied. Waar we dan ook waren of zijn, komen we in contact met een klein
aantal mensen en in die omgeving moeten we missionaris proberen te zijn d.w.z.
vooruitlopen op de aanwezigheid van het koninkrijk van God. God, geef ons de moed nieuwe
dromen te dromen, nieuwe gedachten te denken en de toekomst in te gaan met de
Geest. God, vervul ons met de vreugde van het evangelie en help ons anderen
hierin te laten delen.” Wat houdt ons tegen om dit
eerst in onze eigen communiteiten in praktijk te brengen.? |
Uit het boek
“samenwerking tussen Zuid en Noord”, door Pater Kees Maas. Provinciaal van SVD.
Petit
Echo: 208/08 nr. 994.
Datum: 30-11-2008
Webmaster-NL |